Wat is de betekenis van mergels?

2025-07-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

mergels

(1974) (Rotterdam, prost.) Zeeuwen; Zeeuwse klanten. Vanwege hun gierigheid. • (Enno Endt & Lieneke Frerichs: Bargoens Woordenboek. 1974)