Wat is de betekenis van mensenkinderen?

2025-07-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

mensenkinderen

(1942) uitroep van verbazing. • Mensenkinderen, wat was die ouwe chagrijnig over die stomme patrouille. (A. Roothaert: De vlam in de pan. 1942) • ‘God allemachtig,’ zei hij; ‘de boef! Mensenkinderen, wat een .... ‘ (Jan de Hartog: Gods Geuzen. 1947-1949) • Meinsekinders, wa’ giengt ie d’r vandeu...

2025-07-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

mensenkinderen

mensenkinderen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord mensenkind

2025-07-28
Prisma Nederlands Fries

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Gerelateerde zoekopdrachten