meluk 2
buik In deze betekenis in 1836 voor het eerst opgetekend, onder kramers in de Belgische Kempen, in de vorm melis. Melis en meluk zijn vormvarianten. • En nooit je meluk fesoenelijk vol. ¶ J.A. Visscher, Schooier waar ga jij naar toe (1939), p. 89. De schrijver verklaart de betekenis in een voetnoot.