Wat is de betekenis van mededader?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Mededader

m. (-s), (rechtst.) hij die een strafbaar feit medepleegt, doet plegen of door giften, beloften enz. opzettelijk uitlokt, en op die grond als dader van het feit wordt gestraft.

2025-07-25
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

mededader

medepleger van een misdaad. in strafrechtelijke zin: iemand die rechtstreeks aan een misdrijf heeft meegewerkt, onmisbare hulp heeft verleend of rechtstreeks tot het misdrijf heeft aangezet; in algemeen taalgebruik ook: iemand die medeschuldig is aan een misdaad enz.. Voorbeelden: Twee overvallers hebben donderdag 6 september naast 5...

2025-07-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

mededader

mededader - Zelfstandignaamwoord 1. (in het strafrecht) een persoon die rechtstreeks aan het misdrijf heeft meegewerkt, noodzakelijke hulp heeft verleend of rechtstreeks tot het misdrijf heeft aangezet. Woordherkomst samenstelling van mede(bijwoord) en dader(zelfstandig naamwoord)

2025-07-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

mededader

m. -s; hij, die een (strafbaar) feit medepleegt.

2025-07-25
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Mededader

(recht), ➝ Deelneming.

2025-07-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

mededader

('me:də) m. (-s) hij die een strafbare daad medepleegt.

2025-07-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

mededader

m. (-s), (recht) iemand die een strafbaar feit medepleegt, laat plegen of door giften, beloften enz. opzettelijk uitlokt, en op die grond als dader van het feit wordt gestraft.

2025-07-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)