Matheid
v., 1. vermoeidheid; 2. matte kleur.
Wiktionary (2019)
matheid - Zelfstandignaamwoord 1. stemming van een mens: vermoeid en onverschillig ♢ Als de eerste exitpolls binnenkomen, wordt er eerst wat aarzelend gejuicht. Pas bij de derde melding van de waarschijnlijke uitslag door de NOS klinken de zelffelicitaties overtuigend. Voor de aanvankelijke matheid wor...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Muiswerk Educatief (2017)
matheid - zelfstandig naamwoord uitspraak: mat-heid 1. gebrek aan energie en veerkracht ♢uit zijn gedrag spreekt een grote matheid Zelfstandig naamwoord: mat-heid de matheid Synoniemen vermoeidheid
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: