Mastiff
(Eng.), m. (-s), Engelse dog. MASTITIS (Lat.), v., (geneesk.) borstklierontsteking.
Van Dale Uitgevers (1950)
(Eng.), m. (-s), Engelse dog. MASTITIS (Lat.), v., (geneesk.) borstklierontsteking.
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
grote hond met rimpelige huid. oorspronkelijk uit Groot-Brittanië afkomstige, grote hond met een brede kop met een vlak voorhoofd, hangende zwarte oren, een zwarte snuit en neus en een rimpelige huid die de reputatie heeft gevaarlijk te zijn en wordt gebruikt als beschermhond en waakhond; Engelse dog. Voorbeelden: De politie sta...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
Mastiff, - een in Engeland thuis hoorend hondenras, dat daar reeds in de 16de eeuw bekend was. Het stamt af van den grooten Bullebijter en den Engelschen dog. De m. maakt geheel den indruk van een moedig dier, dat van nature nijdig is. De kleur is geel of tijgerkleurig met donkeren snuit en randen aan oogen en ooren. Het haar is hard, kort en korta...
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
[Eng.], m. (-s), een van de oudste honderassen ter wereld, dat behoort tot de groep van doggen. (e) De mastiff is een grote, zwaargebouwde hond. Schouderhoogte: 70—76 cm. De hond heeft een vierkante kop met een korte snuit, een flinke stop en afhangende, kleine oren. Hij heeft een lange zware hals en een lang lichaam met brede, rechte rug en...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: