Manziek
bn. (-er, -st), (van meisjes of vrouwen) te veel op mannen gesteld, gaarne een man hebbende.
Van Dale Uitgevers (1950)
bn. (-er, -st), (van meisjes of vrouwen) te veel op mannen gesteld, gaarne een man hebbende.
Wiktionary (2019)
manziek - Bijvoeglijk naamwoord 1. te veel op mannen gesteld Woordherkomst samenstelling van man en ziek Antoniemen vrouwziek
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Fa. A.J. Osinga (1952)
adj., jachtich, joeisk, joepsk, mannich, mansiik, glandich, glei; — zijn mei it gat op ’e rin wêze; -e deern, manljus-gek, blei, (sleauwe) tutte.
J.H. van Dale (1898)
MANZIEK, bn. (-er, -st), te veel op mannen gesteld, gaarne een man hebbende (van meisjes of vrouwen), hysterisch.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: