Wat is de betekenis van lug?

2025-07-24
Wielersportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

lug

(de; -s) - ben. voor verbindingsstukken die gebruikt worden voor het aan elkaar verbinden van de diverse buizen van een fietsframe. Herkomst: Eng.

2025-07-24
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

lug

gas wat die aarde tot op sekere hoogte omgewe; dampkring; atmosfeer, hemelgewelf); reuk, gelug, aan (vars) lug blootstel; lug gee aan, uit; duld.

2025-07-24
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

lug

I. trekken, slepen; lug it into the conversation, het er met de haren bijslepen; II. lug at, trekken aan; III. ruk || oor.

2025-07-24
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Lug

Lug und Trug, leugen en bedrog.

2025-07-24
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

lug

(Eng.) verbindingsstuk van een rijwielraam.