Wat is de betekenis van loopwagen?

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Loopwagen

m. (-s), 1. (veroud.) houten stel waarin een kind leert lopen; 2. loopkat.

2025-07-24
De grote encyclopedie van het antiek

Jan Durdik en anderen (1970)

Loopwagen

rollend rekje waarin kinderen werden neergezet om te leren lopen. Het bestaat uit twee ringen, de kleinste aan de bovenkant, verbonden door gedraaide spijlen. Aan de onderste ring zijn wieltjes bevestigd. Reeds bekend in de 16de eeuw.

2025-07-24
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

loopwagen

(de, -s), wandelwagentje. Etym.: AN l. = 1. houten hekwerkje waarbinnen kinderen kunnen leren lopen, loopstoel; 2. loopkat. Zie ook wandelen.

2025-07-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

loopwagen

m. loopwagens ([tenen] mand, van onderen en van boven open, waarin kinderen leren lopen).

2025-07-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

loopwagen

('lo:p) m. (-s) houten gestel om kinderen in te leren lopen.

Gerelateerde zoekopdrachten