Wat is de betekenis van lingot?

2025-07-28
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

lingot

(zelfstandig naamwoord) [alg.] zie: geen Engels, maar archaïsch Frans

2025-07-28
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Lingot

staaf, baar (van metaal)

2025-07-28
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Lingot

baar, staaf.

2025-07-28
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

lingot

(Fr.) m. staaf, baar (van metaal).

2025-07-28
Algemeen Technisch woordenboek

H.J. van Eyk (1916)

Lingot

Staaf, baar (van metaal).

2025-07-28
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

lingot

lingot - m., staaf, baar (van metaal).

2025-07-28
Handelslexicon

J. Hagers (1910)

Lingot

Lingot - de Fransche benaming voor baar, vooral van gouden of zilveren baren.

Gerelateerde zoekopdrachten