Wat is de betekenis van Lepper?

2025-07-24
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

lepper

(1980) (Leiden, scheldw.) verachtelijk persoon. Te categoriseren onder scheldwoorden met ziekten: klerelijer, pleurislijer enz. Lepper is dan een verbastering is van het Franse ‘lèpre’. • 'Zeg Co. Peurt jouw vent nog altijd?' 'Nogal wiedes, Wout, ik stikkel nog wellus tege, maar hij doettet tog. Ja saampjes mit ze broer Hei...

2025-07-24
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Lepper

(Leiden) verachtelijk persoon. Te categoriseren onder scheldwoorden met ziekten: klerelijer, pleurislijer enz. Lepper is dan een verbastering is van het Franse lèpre.En dan die kindere fan dur, dat zijn ook leppers. (Wout Bodrij, Een stem uit de achterbuurt. 3e druk, 1980)

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Lepper

LEPPER, m. (-s), LEPSTER, v. (-s), die lept, met kleine teugjes drinkt.