Leger
o. (-s), 1. vaste ligplaats van in ’t wild levende viervoetige dieren, inz. van hazen, konijnen en herten: een dier op (in) het leger vangen, schieten is niet eervol voor een jager; 2. ligplaats voor mensen, bed, legerstede: de zieke lag op zijn leger; iemands leger spreiden; ziekbed; 3. (veroud.) kamp, legerplaa...