Wat is de betekenis van leeman?

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Leeman

m. (-s, -nen), ledepop; pop met verstelbare ledematen ten dienste van schilders.

2025-07-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

leeman

m. leemans, leemannen (ledepop).

2025-07-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

leeman

(Ie:) m. (-nen, -s) → ledenman.

2025-07-27
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Leeman

Leeman, m. (-s, -nen), ledepop; (ook) leenman. *-SCHAP, o. gmv. leenpligt.