Kurassier
m. (-s), 1. cavalerist, voorzien van helm en kuras: sedert 1841 bestaan er in het Nederlandse leger geen kurassiers meer; 2. (w. g.) manvijf: zij is een echte kurassier.
Van Dale Uitgevers (1950)
m. (-s), 1. cavalerist, voorzien van helm en kuras: sedert 1841 bestaan er in het Nederlandse leger geen kurassiers meer; 2. (w. g.) manvijf: zij is een echte kurassier.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
drs. L.A. Beeloo (1981)
vroeger een soldaat die tot de zware cavalerie behoorde; hun naam hadden zij te danken aan het borstpantser, het kuras, dat zij ter bescherming droegen. Verder behoorden tot hun uitrusting laarzen met hoge schachten en een helm met wuivende pluimen. Sinds het begin van deze eeuw kan men een dergelijke uitrusting alleen nog als parade-uniform aantre...
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
Een met kuras uitgerust ruiter; thans nog slechts een op traditie berustende naam. → Cavalerie.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: