Wat is de betekenis van krukkebeen?

2025-07-28
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

krukkebeen

knoeier, sukkel, kruk. Volgens Van Dale gewestelijk. ‘Krukkebeentje!’ riep een Brusselsche straatjongen. ‘Klein Duimpje!’ zeide een ander. En als er nu een fijn, piepend stemmetje tusschen de twee krukken uit kwam, baauwden en piepten al de jongens haar na. Dat was een pret! (C.E. van Koetsveld, Sprookjes in den trant van An...

Gerelateerde zoekopdrachten