Kruishout
o. (-en), 1. houten kruis als strafwerktuig (vooral met gedachte aan het dwarshout, inz. het Heilige Kruis); 2. (scheepsb.) belegbalk der stijlen en knechten ; hout tot belegging van schoten enz.; 3. (timm.) werktuig voor het afschrijven van het hout, ritshout.