Kruisgewijze erfelijkheid
Van k. e. wordt gesproken, wanneer bij een paring (kruising) het kenmerk van de moeder overgaat op de zoons en dat van de vader op de dochters, zoals b.v. rode ogen witte ogen bij Drosophila, of zilver-goud en koekoek (K) - niet koekoek (k) bij de kippen. Het verschijnsel treedt slechts op bij factorenparen, die in het X-chromosoom (geslachtschromo...