Wat is de betekenis van Kruidplukker?

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Kruidplukker

Kruidplukker m. (-s), kruidlezer; kruidkenner; ...TUIN, m. (-en), tuin, waarin zeer vele boomen, plinten en gewassen van de verschillende werelddeelen voorhanden zijn, hortus botanicus, gewoonlijk de hortus geheeten; WORM, m. (-en), (w. g.) rups; ...ZAKJE, KRUIDENZAKJE, o. (-s), in linnen genaaide geneeskruiden als uitwendig geneesmiddel.

Gerelateerde zoekopdrachten