Wat is de betekenis van Knorrende beesten?

2025-07-27
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

knorrende beesten

(na 1933) (sch.) auto's (metaforisch voorgesteld als levende wezens). Naar de titel van een boek van Ferdinand Bordewijk uit 1933. Dit visionair verhaal, met als ondertitel ''roman van een parkeerseizoen'' speelt zich af in een badplaats bevolkt door razende, glimmende en knorrende beesten: auto's. Voor een auto kent de volkstaal volgende (vaak pe...

2025-07-27
Woordenboek van populaire uitdrukkingen

Marc de Coster (1998)

Knorrende beesten

schertsende ben. voor ‘automobielen’. Eigenlijk de titel van een roman (1931) van Ferdinand Bordewijk (1884 - 1965). Een clichébenaming voor de auto is heilige koe. Vooral op de snelwegen in de Randstad vormt het verkeer in de ochtend- en avondspits één langgerekt lint van knorrende beesten. (Elsevier, 11/07/92)