knarst
knarst - Werkwoord 1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van knarsen ♢ Jij knarst 2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van knarsen ♢ Hij knarst 3. verouderde gebiedende wijs meervoud van knarsen ♢ knarst!
Wiktionary (2019)
knarst - Werkwoord 1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van knarsen ♢ Jij knarst 2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van knarsen ♢ Hij knarst 3. verouderde gebiedende wijs meervoud van knarsen ♢ knarst!
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: