Wat is de betekenis van knaller?

2025-07-25
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

knaller

(1964) (inf.) (vooral jeugd) succesnummer; iets buitengewoons. • Financieel voor hem een knaller, voor mij een losse flodder. (Jan Cremer: Ik Jan Cremer. 1964) • Twee volle weken garantsie op kromtrekken. Wijst van: hier moet u wezen! Een ‘knaller’ van een ‘buitenbakker’! (Kees van Kooten, Wim de Bie: Het groot be...

2025-07-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

knaller

knaller - Zelfstandignaamwoord 1. een plotseling hard kortdurend geluid zoals dat van donderslagen, vuurwerk of een zweep Tijdens oud en nieuw hoorden we de hele dag enorme knallers Knalvuurwerk leverde rond de afgelopen jaarwisseling relatief veel slachtoffers...

2025-07-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

knaller

knaller - zelfstandig naamwoord uitspraak: knal-ler 1. nummer waar iemand veel succes mee heeft ♢ dat nummer van René Fröger was een echte knaller 2. zeer laag geprijsd product ♢ deze aanbieding...

2025-07-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-25
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)