Wat is de betekenis van knakworst?

v. (-en), dundarmige zachte, gerookte worst van gekruid varkensvlees, met insnoeringen waardoor kleine afzonderlijke worstjes ontstaan : Frankforter knakworstjes.

1) (2002) (Rotterdam) één van de vele bijnamen van de Erasmusbrug. • De Erasmusbrug vormt de nieuwste verbinding tussen het noordelijke en zuidelijke deel van Rotterdam. Het ontwerp, afkomstig van architect Ben van Berkel en vele ingenieurs, heeft na een hoop geschamper vooraf toch de erkenning gekregen dat het verdient. De brug...

(2000) (Vlaanderen, jeugd) in de uitdrukking 'het scheelde knakworst': geen haar. • Knakworst: 'Het scheelde knakworst', het scheelde geen haar. (Jongerentaal in De Morgen, 23/02/2000)

knakworst - Zelfstandignaamwoord 1. (voeding) zachte, gerookte worst van gekruid varkens- of rundvlees, soms ook met ander vlees Woordherkomst samenstelling van knak(werkwoord) en worst (van het Duitse Knackwurst) Synoniemen frankfurter

Kleine in varkensnet gewikkelde worstsoort.

v. -en (dundarmige worst [van varkensvlees]): Frankforter knakworst.

Fijne, zachte, gekruide, gerookte worst met insnoeringen. Knakworstjes komen veel uit Frankfort en behooren vóór het gebruik even in warm water gelegd te worden om te zwellen.

('knak) v. (-en) dundarmige worst in vakjes afgedeeld: Frankforter -.

v./m. (en), dundarmige zachte, ge rookte worst van gekruid varkensvlees, met insnoeringen waardoor afzonderlijke worstjes ontstaan: Frankforter knakworstjes.