Wat is de betekenis van kletser?

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

2025-07-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

kletser

kletser - Zelfstandignaamwoord 1. iemand die veel en nodeloos praat Bianca van der Schoot en Suzan Bogaerdt, bekend als tv-presentatrices van Villa Achterwerk (VPRO), spelen in de komische mime-voorstelling Klem twee schoonzwemsters. Gevangen in hun te strakke badpakken en badmutsen proberen de twee toch no...

2025-07-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

kletser

m. -s (iem., die kletst inz. babbelaar; wauwel); zie kletsmajoor.

2025-07-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

kletser

'kletsər) m. (—s) hij die kletst.

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Kletser

KLETSER, m., KLETSSTER. v. (-s), iem. die kletst, inz. babbelaar, babbelaarster.

2025-07-24
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)