Wat is de betekenis van klemmetje?

2025-07-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

klemmetje

(1991) (jeugd) schijnheilige. • Dat hij op die manier op één dag vaker de les uit werd gestuurd dan de meeste mensen in hun hele leven, wil er bij hem niet in. 'Dat zijn dan zeker van die klemmetjes, van die schijnheilen. Iedereen moet toch minstens twee keer van school zijn gestuurd. Zoniet, dan zijn het schijnheilen. (Aktueel,...

2025-07-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

klemmetje

klemmetje - Zelfstandignaamwoord 1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord klem

2025-07-28
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

klemmetje

(jeugdtaal) schijnheilige. Herkomst onduidelijk. Dat hij op die manier op één dag vaker de les uit werd gestuurd dan de meeste mensen in hun hele leven, wil er bij hem niet in. ‘Dat zijn dan zeker van die klemmetjes, van die schijnheilen. Iedereen moet toch minstens twee keer van school zijn gestuurd. Zoniet, dan zijn het schijn...