Wat is de betekenis van keukendoek?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Keukendoek

m. (-en), handdoek in de keuken; vaatdoek.

2025-07-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

keukendoek

keukendoek - Zelfstandignaamwoord 1. (huishouden) handdoek voor in de keuken Snijd de aardappels in dikke plakken van 5 mm. Snijd de aardappelplakken in repen van 5 mm dik. Leg de frieten in een vergiet en spoel onder koud stromend water het zetmeel eraf. Verhit een frituurpan met olie tot 140 graden. Als j...

2025-07-28
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

keukendoek

(de, -en), 1. handdoek in de keuken. Waar is die doek? Oh, ik heb die baddoek in me handen. Ik had gedacht het was een keukendoek (Cairo 1976: 64). 2. theedoek, droogdoek. - Etym.: In beide bet. een doek die in de keuken wordt gebruikt. In veroud. AN: bet. 2. Zie ook: bordlap, handdoek, baddoek.