Wat is de betekenis van keizerin?

2025-07-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Keizerin

v. (-nen), 1. regerende alleenheerseres met de keizerstitel; 2. vrouw van een keizer; keizerin-weduwe, weduwe van een keizer; 3. ben. voor een soort van vroege peren.

2025-07-26
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

keizerin

vrouwelijke keizer; vrouw van de keizer. vorstin die een keizerrijk regeert, zoals in het Romeinse Rijk, in China ten tijde van de keizerrijken of in Duitsland tussen het einde van de 19e eeuw en het begin van de 20e eeuw; vrouwelijk hoofd van een keizerrijk; vrouwelijke keizer; vrouw van de keizer. Voorbeelden: Catharina werd de all...

2025-07-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

keizerin

keizerin - Zelfstandignaamwoord 1. (adel) een vrouwelijke monarch van de allerhoogste rang, oorspronkelijk die van het Romeinse rijk Een keizerin was een stuk minder gebruikelijk dan een keizer. 2. de vrouw van een keizer De keizerin mocht naast haar man...

2025-07-26
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

keizerin

keizerin - zelfstandig naamwoord uitspraak: kei-ze-rin 1. heerseres over een groot land ♢ de keizerin zwaaide naar het volk 2. vrouw van een keizer ♢ het meisje dat met de keizer trouwde, werd k...

2025-07-26
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

keizerin

keizerin - Verwijst naar vrouwelijke heersers over keizerrijken (politieke eenheden die een aantal gebieden of naties omvatten en worden geregeerd door één hoogste autoriteit). De term kan ook verwijzen naar de vrouw of weduwe van een keizer.

2025-07-26
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Keizerin

s., keizerinne.

2025-07-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

keizerin

(keizə’rin) v. (-nen; -netje) 1. vrouw met keizerlijke macht bekleed : Catharina, van Rusland. 2. gemalin van een keizer : Eugenie was met Napoleon III gehuwd.

2025-07-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

keizerin

v. (-nen), 1. regerende alleenheerseres met de keizerstitel; 2. vrouw van een keizer; keizerin-weduwe, weduwe van een keizer.

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-26
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Keizerin

KEIZERIN, v. (-nen), regeerende alleenheerscheres; vrouw eens keizers; keizerin-weduwe, weduwe eens keizers.