keischijter
(1934) (spot.) inwoner van den Bosch. Zie ook: keienschijter*. • De dorpelingen noemen de Bosschenaars „Keischijters” of „Keienspellers”, wat op ’t zelfde neerkomt. Andere namen zijn „Bluffers”, „Knoopen” en „Koeken", naar de zoete Bossche koek, ook gezoden koek geheeten. (J.R.W. Sinn...