Wat is de betekenis van Karrad?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Karrad

o. (-eren), karrewiel.

2025-07-25
Brabants Handwoordenboek

Prof. dr. Jos Swanenberg (2015)

karrad

(zn) wagenwiel LC.

2025-07-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Gerelateerde zoekopdrachten