Kapper, hakker
m. (-s), 1. die kapt ; (gew.) veldarbeider die met het houweel in de vruchten kapt, de kluiten fijn slaat en het onkruid uitkapt: kappers en wieders; 2. (gew.) hak ; hakmes.
Van Dale Uitgevers (1950)
m. (-s), 1. die kapt ; (gew.) veldarbeider die met het houweel in de vruchten kapt, de kluiten fijn slaat en het onkruid uitkapt: kappers en wieders; 2. (gew.) hak ; hakmes.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: