Kapel, wezen
v. (-len), 1. vlinder: heer Prikkebeen, die zo graag kapellen ving; — (fig.) een opgeprikte kapel, een stijf, opgedirkt persoon; 2. (fig.) veranderziek, wuft mens, vlinder.
Van Dale Uitgevers (1950)
v. (-len), 1. vlinder: heer Prikkebeen, die zo graag kapellen ving; — (fig.) een opgeprikte kapel, een stijf, opgedirkt persoon; 2. (fig.) veranderziek, wuft mens, vlinder.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: