Wat is de betekenis van Kalander?

v. (-s), 1. een soort van mangel, uit twee of meer rollen bestaande waartussen men, onder verwarming en sterke drukking leer, papier of weefsels laat lopen om ze glad en glanzig te maken; stofglanzer; ook om b.v. rubber in stroken te persen; 2. glans (van stoffen).

kalander - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kalanderen ♢ Ik kalander 2. gebiedende wijs van kalanderen ♢ kalander! 3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kalanderen ♢ kalander j...

1 ook: klander [Fr. calandre] naam voor een groep (vraatzuchtige) snuitkevers. 2 kalander [Fr. calandre] machine bestaande uit gladde cilinders om weefsels of papier te glanzen.

schadelijk insekt; mangel om stof of papier te pletten en glanzend te maken

machine bestaande uit een aantal boven elkaar opgestelde rollen waarmee papier mechanisch een nabewerking wordt gegeven om het glad en glanzend te maken.

toestel met enige walsen die onder hoge druk op elkaar liggen en verwarmd kunnen worden; gebruikt voor het glad, dicht en glanzend maken van weefsels, vooral van katoen; soms loopt één wals sneller, zodat deze als strijkijzer werkt; ook kunnen patronen ingeperst worden.

swart insek wat gedorste koring vreet.

zware mangel; korenworm, vraatzuchtig insect

korenworm; mangel.