Wat is de betekenis van kakstoel?

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Kakstoel

m. (-en), 1. (plat) kinderstoel; 2. (sluisbouw) het gedeelte der deurkas waarin de achterharren der puntdeuren draaien; 3. (kegelspel) worp waarbij de beide voor- en achterkegels omgeworpen worden.

2025-07-24
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

kakstoel

1) (16e eeuw) (plat) kinderstoel met een ingebouwd potje; stoel om te kakken*, om zijn gevoeg op te doen. • De Kakstoel over 't huys, het hoofd geraakt op rollen, de Kakstoel over 't huys, Daer is een groot gedruys... (Anoniem: De roemrugtige Haagsche faam, of de nieuwe Amsterdamsche fonteyn. 1721) • (K. ter Laan: Nieuw Groninger...

2025-07-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

kakstoel

kakstoel - Zelfstandignaamwoord 1. (informeel) kinderstoel (waarin een po is aangebracht) Woordherkomst samenstelling van kak(werkwoord) en stoel

2025-07-24
Brabants Handwoordenboek

Prof. dr. Jos Swanenberg (2015)

kakstoel

(zn) kinderstoel met een pot TM.

2025-07-24
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

kakstoel

m. (-en), 1. (plat) kinderstoel; 2. (sluisbouw) het gedeelte van de deurkas waarin de achterharren van de puntdeuren draaien.

2025-07-24
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)