jurator
jurator - Zelfstandignaamwoord 1. (verouderd) beëdigde klerk Woordherkomst afgeleid van het Latijnse jurare ?? met het achtervoegsel -ator
Wiktionary (2019)
jurator - Zelfstandignaamwoord 1. (verouderd) beëdigde klerk Woordherkomst afgeleid van het Latijnse jurare ?? met het achtervoegsel -ator
J. van Donselaar (1936)
(de, -(e)s), (hist.) soort notaris met een ruime taak. De jurators sijn verplicht de voor haer te passere instrumente uyterlijck binnen den tijt van ses weecken naer de stipulatie ter secretarie te brengen ( ) (eed van 1691; S&dS 192). -Etym.: Lat., bet. ‘gezworene'. Syn. gezworen klerk. Oudste vindpl. plak. van 1676 (S&dS 80).
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: