Joechjachen
(joechjachte, heeft gejoechjacht), verward schreeuwen, door elkaar roepen, inz. als uiting van uitgelaten pret.
Van Dale Uitgevers (1950)
(joechjachte, heeft gejoechjacht), verward schreeuwen, door elkaar roepen, inz. als uiting van uitgelaten pret.
Wiktionary (2019)
joechjachen - Werkwoord 1. (inerg) feestgedruis voortbrengen, lachend door elkaar roepen ♢ Er werd de hele avond gejoechjacht.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Jozef Verschueren (1930)
('joechjachən) (joechjachte, heeft gejoechjacht) [~ juichen] door elkander roepen en schreeuwen : van pret.
J.H. van Dale (1898)
JOECHJACHEN, (joechjachte, heeft gejoechjacht), verward schreeuwen, door elkaar roepe (ten gevolge van uitgelaten pret).
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: