jeetje (mina), jeetjemikkie
Uitroep (van schrik of verbazing) en bastaardvloek. Jee is hier een verbastering van Jezus. Het diminutief moet deze krachtterm en godslastering wat verzachten. Reeds opgetekend bij Arend Fokke Simonszoon (‘Boertige Reis door Europa’.18x6-1827). Vroeger hoorde je ook nog: jeetje-kreetje (te Utrecht: jeechie-kreechie), een verbastering van Jezus Chr...