Wat is de betekenis van jeempie?

2025-07-27
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

jeempie

(1960+) uitroep van verbazing. Bastaardvloek van 'Jezus'. • Jeempie, heb ik effe een tuk gedaan. (Simon Carmiggelt: We leven nog. 1963) • 'Jeempie', zei Sett Boedoer bij zichzelf, toen zij deze woorden hoorde, 'daar heb ik mij lelijk ingedraaid !' (Paul Rodenko: Trouw nooit met een heks! en andere vrijmoedige liefdesverhalen uit 1001-nac...

2025-07-27
Vloeken lexicon

Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (1997)

jeempie

Bastaardvloek van Jezus. De emotie die dit woord als uitroep uitdrukt, is van velerlei aard. Ik noem verbazing, verwondering, verrassing, maar ook verdriet, afkeer, ontgoocheling, spijt en tegenzin. Vgl. sjeempie.

Gerelateerde zoekopdrachten