Jachter
m. (-s), 1. die (zich of anderen) jacht; 2. brulzieke koe.
J.H. van Dale (1898)
JACHTER, m. (-s), JACHTSTER, v. (-s), die anderen haast; die zelf grooten haast maakt; (Z. A.) jager.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: