Wat is de betekenis van intransitief?

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Intransitief

[het accent valt volgens dc afleiding de laatste lettergr., maar wordt meestal op in- gelegd, omdat men denkt aan de tegenstelling met transitief], bn. bw., (taalk.) onovergankelijk: intransitieve werkwoorden ; ook zelfst.: de intransitieven.

2025-07-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

intransitief

intransitief - Bijvoeglijk naamwoord 1. (taalkunde) onovergankelijk Het werkwoord 'zieken' is intransitief. intransitief - Zelfstandignaamwoord 1. een onovergankelijk werkwoord Het werkwoord 'zieken' is een intransitief.

2025-07-24
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

intransitief

intransitief - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: in-tran-si-tief 1. werkwoorden die niet gecombineerd worden met een lijdend voorwerp ♢ het werkwoord 'slapen' is intransitief: er hoort meestal geen lijdend voorwerp bij Bijvoeglijk naamwoord: in...

2025-07-24
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Intransitief

afk. I [Lat. intransitivus, van in = niet, en trans-ire = over-gaan] I zn onovergankelijk werkwoord (geen lijdend voorwerp kunnende hebben); II bn onovergankelijk.

2025-07-24
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Intransitief

onovergankelijk (werkwoord)

2025-07-24
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

intransitief

onoorganklik.

2025-07-24
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Intransitief

onovergankelijk (werkwoord).

2025-07-24
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

intransitief

o. onovergankelijk werkwoord, werkwoord dat geen lijdend voorwerp kan hebben.

Wil je toegang tot alle 19 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-24
Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Intransitief

(1, wiskunde) noemt men een relatie r, die niet aan de eigenschap voldoet, dat uit ArB en BrC volgt ArC; volgt er dit wel uit, dan is de relatie transitief. Zo is bijv. de relatie „ongelijk aan” intransitief, maar „groter dan” transitief. (2) of onovergankelijk noemt men de werkwoorden die geen lijdend voorwerp...