Wat is de betekenis van Intime, intimé?

2025-07-23
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Intime, intimé

I. intime: 1. innerlijk, innig, nauw; vertrouwd, vertrouwelijk, gezellig, huiselijk, intiem; 2. boezemvriend. II. intimé: gedaagd(e) (in hoger beroep).

Gerelateerde zoekopdrachten