Wat is de betekenis van inleider?

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Inleider

m. (-s), INLEIDSTER, v. (-s), die inleidt.

2025-07-27
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

inleider

Het begrip inleider heeft 2 verschillende betekenissen: 1) spreker van een inleiding. iemand die een spreker, onderwerp of bijeenkomst inleidt bij het publiek; spreker van een inleiding. 2) schrijver van een inleiding. iemand die een inleiding heeft geschreven bij een tekst, bundel of boek.

2025-07-27
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Inleider

s., ynlieder.

2025-07-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

inleider

m. inleiders (spreker, die een onderwerp inleidt).

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Inleider

INLEIDER, m. (-s), INLEIDSTER, v. (-s), die inleidt.

2025-07-27
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-27
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)