inkoude
inkoude - Bijvoeglijk naamwoord 1. verbogen vorm van de stellende trap van inkoud ♢ Ze ontcijferden het plakbriefje, scharrelden verkleumd en nog wat onwennig met de koevoeten, het inkoude staal dat door de wanten heen bezeerde, plaatsten ze onder de wielen en otterden zuchtend: ‘Hiep! Hoi!.... Hiep! H...