ingaffelen
(19e eeuw) (inf.) gulzig eten. • Een anderen zin geeft het taaleigen van Urk aan het woord, namelijk van: iets in 't bezit krijgen, meester worden, eig. eten op zijnen gaffel nemen; zie De Taal- en Letterbode, D. VI. bl. 29. Zoo heeft het nedersaksisch ingaffelen voor gulzig eten, de spijs met den gaffel instoppen. (De taal- en letterbode. Jaa...