Wat is de betekenis van Infructueus?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Infructueus

(<Fr.), bn. (...zer, -t), vruchteloos, nutteloos.

2025-07-25
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Infructueus

[Fr. infructueux, van Lat. in-fructuosus, van fructus = vrucht] zonder vrucht (zowel onvruchtbaar als vruchteloos).

2025-07-25
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Infructueus

onvruchtbaar; vruchteloos

2025-07-25
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Infructueus

onvruchtbaar; vruchteloos, tevergeefs

2025-07-25
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

infructueus

onvruchtbaar; vruchteloos, vergeefs.

2025-07-25
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

Infructueus

Infructueus - onvruchtbaar; vruchteloos, tevergeefsch.

2025-07-25
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Infructueus

onvruchtbaar, vruchteloos.

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Infructueus

INFRUCTUEUS, bn. (...zer, -t), vruchteloos, nutteloos.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-25
Beknopt kunstwoordenboek

I.M. Calisch (1864)

infructueus

infructueus - bn. (infructueuzer, infructueust), onvruchtbaar, onvoordeelig; vruchteloos