indraaide
indraaide - Werkwoord 1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van indraaien ♢... dat ik indraaide ♢... dat jij indraaide ♢... dat hij, zij, het indraaide
Wiktionary (2019)
indraaide - Werkwoord 1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van indraaien ♢... dat ik indraaide ♢... dat jij indraaide ♢... dat hij, zij, het indraaide
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: