Wat is de betekenis van incasso?

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Incasso

(It.), o., 1. kassiersloon voor het innen van gelden; 2. (hand.) wat geïncasseerd kan of moet worden.

2025-07-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

incasso

incasso - Zelfstandignaamwoord 1. het ontvangen van geld

2025-07-27
Begrippenlijst gerechtsdeurwaarders

De Schout Gerechtsdeurwaarders (2019)

Incasso

Incasso is het Innen of in ontvangst nemen (van geld) zonder tussenkomst van een rechter.

2025-07-27
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

incasso

incasso - zelfstandig naamwoord uitspraak: in-cas-so 1. het binnenhalen van geld dat iemand tegoed heeft ♢ als klanten niet betalen, zorgt een bureau voor de incasso 1. automatische incasso [die me...

2025-07-27
Financieel Woordenboek

Frits Conijn & R.M. van Poll (2003)

incasso

incasso - Het innen van openstaande vorderingen. Bedrijven doen de incasso soms zelf, maar huren ook incassobureaus in, vooral als de schuldenaren lastig zijn met betalen.

2025-07-27
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Incasso

[lt.] inning van geld; loon daarvoor.

2025-07-27
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Incasso

kassiersloon; het innen van geld

2025-07-27
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Incasso

o., het innen van geld; het kassiersloon.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-27
Woordenboek Italiaans (IT-NL)

A. Lankhout en J.E. Bas Backer (1951)

incasso

inning, ontvangst.