Wat is de betekenis van in de snuf?

2025-07-26
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

in de snuf

(19e eeuw) (Vlaanderen, inf.) in de gaten. In Nederland: in de snufferd*. • Iet in de(n) snuf hebben, iets vermoeden, in 't oog, in de mot hebben. R., Sch. Ik heb 'et al lang in de ‘snuf, da' ge zuukt te trouwen. (Jozef Cornelissen & Jan Baptist Vervliet: Idioticon van het Antwerpsch dialect. 1900)