Imputeren
(imputeerde, heeft geïmputeerd), toerekenen (iets aan iem.), ten laste leggen, aantijgen,wijten, de schuld geven van iets.
Van Dale Uitgevers (1950)
(imputeerde, heeft geïmputeerd), toerekenen (iets aan iem.), ten laste leggen, aantijgen,wijten, de schuld geven van iets.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Jozef Verschueren (1930)
('te:rən) (imputeerde, heeft geïmputeerd) [Fr. < Lat. imputare] toerekenen, ten laste leggen, aantijgen.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
(imputeerde, heeft geïmputeerd), toerekenen (iets aan iemand), ten laste leggen, aantijgen, wijten, de schuld geven van iets.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: