Wat is de betekenis van ijzerbijter?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Ijzerbijter

m. (-s), (Zuidn.) grimmig, nijdig, nurks mens.

2025-07-25
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

ijzerbijter

Het begrip ijzerbijter heeft 2 verschillende betekenissen: 1) doorzetter. iemand die niet snel opgeeft; iemand die zich ergens in vastbijt; doorzetter. 2) zwartkijker. iemand die de zaken somber inziet; iemand die overal iets negatiefs in zit; iemand die overal over klaagt; zwartkijker.

2025-07-25
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

ijzerbijter

1) (1974) (Vlaanderen, spot.) gierigaard. Syn.: aarsigaard*; centenbijter*; droogbroodvreter*; duitenkliever*; erwtenteller*; flessenzijker*; gortenteller*; halvekluitjespisser*. • (L. Lievevrouw-Coopman: Gents Woordenboek. 1974) • (H. Mullebrouck: Vlaamse volkstaal. 1984) 2) (1984) (Vlaanderen, sch.) scherpe neus. •...

2025-07-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

ijzerbijter

m. ijzerbijters (Z.-N. nurks, knorrepot).

2025-07-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

ijzerbijter

m. (-s) grimmig, nijdig en kniezerig mens.