Wat is de betekenis van houtsoort?

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Houtsoort

v. (-en), soort van hout: notenhout en anderefijne houtsoorten.

2025-07-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

houtsoort

houtsoort - Zelfstandignaamwoord 1. één van de vele typen hout Zijn leukste identificatieklus was afgelopen zomer. Naturalis voerde een project uit voor het Wereld Natuur Fonds. De vraag: welke houtsoorten zijn er te vinden in de Nederlandse supermarkten, meubelhandels en muziekhandel? En: is het ook wat me...

2025-07-27
Lexicon voor de kunstvakken

Wouter van Boesschoten, Wieneke van Breukelen, Ton Konings m.m.v Henriette Coppens, Eefje Lonis, Jos van Waterschoot & Simon Wienke (2002)

houtsoort

Over de hele wereld komen ± 100.000 verschillende bomen voor; je verdeelt ze op de eerste plaats in loofhout (bomen met bladeren, en naaldhout (bomen met naalden); hardhout groeit langzaam (kleine cellen) en is daardoor vaster, duurzamer en dus duurder, bijv. eik, beuk, meranti; veel houtsoorten komen uit de tropen, meestal is dat hardhout; het gew...

2025-07-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

houtsoort

v. (-en) soort van hout: inlandse en uitlandse -en.

2025-07-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

houtsoort

v./m. (-en), 1. (houtindustrie) het hout afkomstig van de verschillende boomsoorten in botanische zin (e); 2. (bosbouw) boomsoort (e). (E) BOSBOUW. Men maakt onderscheid tussen hoofdhout, de voor het beheersdoel belangrijke boomsoorten van een →opstand, en nevenhout, dat niet in de eerste plaats dit beheersdoel dient, maar voor bescherming en...