Wat is de betekenis van Houtcel?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Houtcel

v. (-len), (plantk.) ieder der cellen met verharde wand die het houtweefsel vormen.

2025-07-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

houtcel

v. -cellen; cel met een wand uit houtstof.

2025-07-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

houtcel

('hout) v. (-len) een der hoekige cellen waaruit het hout bestaat.

2025-07-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

houtcel

v./m. (-len), (plantkunde) ieder van de cellen met verharde wand die het houtweefsel vormen.

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Houtcel

HOUTCEL, v. (-len), (plantk.) cel in het hout, in den vorm van eene hoekige zuil; ...CELLULOSE, v. een onder hoogen druk uit het hout verkregen vezelige massa, die tot het maken van papier wordt gebezigd; ...CEMENT, o. een mengsel van teer met cement en zwavel, waarmede men daken bedekt; ...CEMENTDAK, o. (-en); ...CEMENTPAPIER, o. papier met hou...